dinsdag 20 juli 2010

barbiepop


Oke, ik geef het toe.

Ik ben te dik. Veel zitten, weinig bewegen en dat een paar jaar achter elkaar en dan wordt je zwembandje een trekkerband. Maar ik houd wel van lekker eten. Nu de kinderen volwassen zijn, is het een feest om in het weekend iedereen aan tafel te trakteren op lekkere hapjes, nieuwe gerechten met een heerlijk glas wijn erbij. En dan eindeloos natafelen, verhalen ophalen, de gek steken met elkaar. Dan ga je er niet bij zitten met drie blaadjes sla.

Dus werd het de sportschool. In het begin wat beschaamd, tot je er achterkomt dat die mevrouw naast je mag beginnen met acht minuten, terwijl jouw fiets de eerste keer werd ingezet op 40 minuten intensief.
Dan zie je ineens om je heen allemaal dikkere en dunnere mensen. Je leest en ziet allerlei verhalen van diëten met de daarbij behorende belachelijke prijskaartjes.

Mensen, als je teveel eet, dan moet je minder eten! En dat zou dan moeten betekenen dat het goedkoper gaat worden!

Jemig, wat voor een wereld leven wij in?

Ik kijk naar wat voorbeelden in de bladen, van moeders met drie of vier kinderen, die nog steeds graatmager zijn. Zou een David Beckham nou echt thuiskomen en lekker tegen dat gratenpakhuis aankruipen en zeggen: wat voor lekkers heb je in de pan vandaag? Ik denk niet dat daar veel gekroeld word in huis.

En neem nou zo'n belachelijke bruiloft dit weekend in Italië. Dat wat zich bruid durfde te noemen, nog even een paar kilo afgevallen anders paste ze niet in de trouwjurk. Trouwjurk? De ontwerpster en bedenkster hiervan zouden veroordeeld moeten worden tot 2 jaar taakstraf: barbiekleertjes maken en daar de hele dag mee spelen!

En dan het commentaar: het was allemaal zo gewoontjes uitgevoerd. Natuurlijk, anders konden de grijze cellen van het bruidje het niet verwerken. In de tijd dat ze de vriendin was van een bekende nederlandse volkszanger, vroeg een journalist haar of ze al zijn liedjes meezong.
Nee hoor, was haar verbluffende antwoord, dat is te moeilijk, dat kan ik niet onthouden, hooguit het refrein.


Godfried Bomans formuleerde het indertijd heel treffend: wij danken onze goede herinneringen aan ons slechte geheugen.

Het enige dat ons rest is bidden: Verlos ons van de leeghoofden. Laat de wereld regeren door mensen die er toe doen, die het verschil maken. Laten we niet langer gedomineerd worden door uiterlijkheden, laten we ons niet bezighouden met de nieuwe SUV van de buurman, maar laten we kijken naar de mensen die wij liefhebben, de mensen die ons nodig hebben. Verlos ons van Wilma Nanninga en Evert Santegoeds, laat hen iets zinnigs doen met de talenten die zij hebben gekregen. Verlos ons van de barbiepoppen.

De kerkdienst mocht niet gefilmd worden. Doet bij mij de vraag reizen: was die kerkdienst ter ere van God, of was hij, conform de feestelijke logo's, gewijd aan de god en de godin van de barbies?



vrijdag 16 juli 2010

veelzijdig mohair





Versatile by nature

Door de verschillende soorten mohair, zoals kid-mohair van de jonge geitjes en het varieren bij het was- en spinproces, geeft het mohair veel mogelijkheden tot een gevarieerde bewerking. Voor de fijne mohair gebruikt men gekamd garen, daarnaast gebruikt men het ruwe garen voor de zogenaamde geborstelde versie, die tot een prachtig grof weefstel leidt en de gekrulde versie, welke nauwelijks wordt gekamd, wat wordt verwerkt tot een prachtig bouclé-achtig weefsel
De veelzijdigheid van dit mooie natuurproduct geeft het een extra dimensie!


Ecologisch.

Omdat mohair een 100% natuurproduct is wat gewonnen wordt van de geiten, zonder dat zij daarvoor hoeven te lijden, beschadigt deze productie op geen enkele manier het milieu. Daarnaast kent het product, vanwege zijn natuurlijke oorsprong, in het gebruik extra kwaliteiten die niet na te bootsen zijn.
Het materiaal is warm, zonder ooit te broeien en, als unieke eigenschap, het wordt mooier naarmate je het langer gebruikt. Het is bijzonder decoratief en wordt graag gebruikt als mode- of interieur accessoire.

Fair-trade


Zuid-Afrika is ondanks alles een land in ontwikkeling. De fabriek in de buurt van Port-Elizabeth voorziet de streek van werkgelegenheid en draagt bij in de ontwikkeling van de streek. De mohair-productie is een belangrijke bron van inkomsten in Zuid-Afrika. Er zijn grote geitenfarms, die voor toeristen speciale rondleidingen organiseren. De South-African Board of Mohairweavers stimuleert regelmatig deelname aan grote internationale beurzen door mohairproducenten. Zonder de hulp van welke ontwikkelingsorganisatie dan ook, komt men met een onvergelijkbaar en vooral heel eerlijk product, wat zeker een eerlijke en goede kans in de markt maakt. De prijsontwikkelingen zijn eerlijk en worden door de Board of Mohairweavers nauwlettend in de gaten gehouden. Daarnaast trekt men ook regelmatig mensen met naam aan om de producten te promoten. Zeer recent was dat Li Edelkoort, die om de mohairproductie een prachtig themanummer van Bloom heeft gesponnen, met als thema “Farm of the Future”.

dinsdag 13 juli 2010

Waar komt toch dat mooie mohair vandaan?


Oorspronkelijk komt mohair uit Turkije. Al in de 16e eeuw gebruikte men mohair als één van de meest luxueuze stoffen. In de 19e eeuw bezocht een welgestelde Zuid-Afrikaan Turkije en kwam daar op bezoek bij de Sultan van Turkije. Daar maakte hij kennis met mohair en zag de angorageit. Hij werd hier zo door gegrepen dat hij de Sultan vroeg om wat geiten te mogen kopen en deze te verschepen naar Zuid-Afrika. De sultan stemde hiermee in en verscheepte volgens afspraak 12 rammen en één ooi per boot naar Zuid-Afrika, maar niet zonder eerst de rammen stiekem te hebben gecastreerd.
Maar, de bedrieger werd bedrogen want onderweg kreeg het ooi-vrouwtje een jong, een ram, waarmee –weliswaar door inteelt- het project een toekomst kreeg. De Zuid-Afrikanen hebben door zorgvuldig telen het ras bestand gemaakt tegen de toch wel wat andere klimaatsomstandigheden.

Door zorgvuldig om te gaan met de vacht, die eens per zes maanden mag worden geschoren, heeft men de kwaliteit dermate verbeterd, dat deze onvergelijkbaar is met mohair uit andere streken. Wanneer een geitenlam wordt geboren, wordt er onmiddellijk een staal van zijn vacht genomen en wordt het geitje al vanaf de geboorte ingedeeld in een categorie. Hiermee voorkomt men het mee-oogsten van –zoals men dat noemt- hondehaar, dat kan leiden tot het prikken van de mohair, een veelgehoorde klacht van de consument.

zondag 4 juli 2010

Supermarkt

Wie herinnert het zich niet de eerste keer dat je moeder je wat geld in je hand drukte en je vroeg om gauw even een halfje brood te halen? Zo trots als een pauw vertrok je richting de winkel, waar de winkelier achter de toonbank je een halve eierkoek of krentebol toestopte. De man of vrouw leek een lichtend voorbeeld, een autoriteit waar je tegen op keek. De winkel was een zaal vol met lekkernijen, zorgvuldig uitgestald lag het brood in de rekken te wachten tot het werd gegrepen en in de snijmachine werd gesneden tot prachtige, gelijke sneetjes, die dan weer vernuftig in de zak werden verpakt. Je keek je ogen uit. Dat was de tijd dat de klant nog koning was.

Tegenwoordig zijn er nog maar weinig winkels waar je met dergelijke égards wordt behandeld.
En het toppunt zijn de supermarkten, vooral die waar ze op de kleintjes letten. Op de kleintjes letten? Niemand let er meer op de kleintjes! Gillend en schreeuwend beweegt de hoop van de natie zich door de winkel, ramt tegen kuiten aan en schreeuwt om dit of dat, gesteld dat ze het niet gewoon al zelf in de kar hebben gekieperd.
De winkelier waar we mee begonnen was iemand die voor dag en dauw klaarstond om zijn winkel, netjes gevuld en gepoetst, te openen voor zijn clientele.
Tegenwoordig moet je, uit kostenoverweging, want anders wordt het allemaal te duur, genoegen nemen met twintig opgeschoten jongelui, die in verband met de Arbowet niet meer mogen bukken, en alle gangpaden vullen met rekken vol met aanvulling. Heftig zuchtend schuiven ze de zaken in de vakken en weigeren opzij te gaan wanneer een klant toevallig datzelfde artikel in zijn kar wil doen. Achter hen staan drie lege stapelboxen op wieltjes, met het bovenste krat gevuld met allerlei losse artikelen. Eigenlijk is er per gang met moeite ruimte voor één kar, anders loopt het systeem vast. De arme man of vrouw die er met een rollator langs moet is de klos.
Bij ons in het dorp hebben we dan ook nog de pech dat we een uitgebreide verpleeghuisvoorziening hebben. Mocht er iemand tussen vijf en zes door de week of op vrijdagmiddag op het idee komen om met zijn aangepaste rolstoel boodschappen te willen doen, dan zou het eigenlijk raadzaam zijn om het pand te ontdoen van klanten. Het personeel is toch al niet geneigd om ruimte te maken, zodat voor iedere gang een wachtrij ontstaat, waarbij de smalle doorgang meestal wordt bezet door een ouder echtpaar, die met zijn beiden staan te overleggen of ze nu groentesoep of tomatensoep zullen nemen. Daartussendoor laveert geniepig een klein jongetje zijn minikarretje, om te voorkomen dat zijn zusje, met hetzelfde soort karretje het eerst bij de koekjes is. In de volgende gang wordt een huwelijkscrisis te week gelegd. Aan het hoofdeinde van de laatste gang hangt een grote zak met alle plastic verpakkingen die het personeel over heeft gehouden. Ter grootte van een kubieke meter!
In deze winkel is een genie aan het ontwerpen geweest! Kantoren vol met mensen die op papier berekenen hoeveel verschillende zaken per vierkante meter zo aantrekkelijk mogelijk kunnen worden aangeboden. Helaas hielden ze geen rekening met de Arbowet, noch met de besparing op loonkosten, door de vakkenvullers overdag aan het werk te zetten. Geniaal!

Daarbij opgeteld de welwillendheid van het personeel om te helpen bij het vinden van een artikel waarvan het schap leeg is. "Sorry, ik moet van mijn baas zeggen dat het artikel niet meer in het assortiment zit. Ik mag niet naar achteren lopen om te kijken of we nog voorraad hebben!"

De oorlog tussen de supermarkten sluimert onderhuids, maar gaat nog immer door. En helaas, geen enkele supermarkt ziet dat ze niet op de kleintjes letten maar dat ze de groten aan het vermoorden zijn. Dood aan de klant! Alles is zo efficient ingericht en uitgestald, dat we eigenlijk geen ruimte meer hebben voor klanten.

Ikzelf heb dan ook maar besloten om weer gewoon naar de groenteboer, de bakker en de slager te gaan. Om vervolgens te merken dat het daar ook nog beter smaakt!